"Babe" Character design in progress. Copic markers en kleurpotlood. Ariane Berends-Brouwer |
Designen is een ander woord voor ontwerpen of bedenken. Een character is goed als het spreekt en originele kenmerken heeft die verassen vanuit een verwachtingspatroon. Je zoekt een balans daarin.
De houding, de persoon en de kleding werken samen. Dit moet altijd resulteren in een krachtig silhouet.
Het perspectief kan daarbij helpen. Door bijvoorbeeld je horizon lager te zetten, kijk je er meer tegenop, zodat je character meer indruk maakt. Gestures voor een concept mogen niet extreem zijn maar moeten het karakter van je figuur ondersteunen. De voorspelbare "game art poses die je overal ziet" voegen niet altijd iets toe aan een character.
Vooral de gebaren van handen en armen. Handen tekenen is een probleem voor iedereen. Dus leer de anatomie van hand en arm uit je hoofd. De extensor groep en het spaakbeen wijzen naar de duim. De pols is plat en de middenhand mag je niet vergeten te tekenen. Tel de vingerkootjes!
Ogen moet je simpel houden. Zodat ook het "kijken" van de persoon mee gaat werken. Verder zijn de verhoudingen belangrijk. Overdrijven van verhoudingen kan heel goed, maar het mag er niet "raar" uitzien.
Ook gezichten moeten in perspectief getekend worden. Veelal staan mond, ogen en wenkbrauwen schots en scheef. De gezichtsvorm mag niet invallen bij de wang.
Zorg overal voor "sterke vormen". Dus geen zwabber lijnen, maar ook geen lange saaie snelwegen.
Door de kennis van contour bepalende spieren en botten kun je je vormen interessant en sterk maken. De vormstukken die je omschrijft zijn dan korter en horen bij het spier gedeelte wat deze lijn omschrijft. Denk aan de deltaspier en de extensor groep. Sterke vormen wil niet zeggen dat je grove vormen maakt.
Tip: Zorg overal voor "sterke lijnen". Dus geen zwabber lijnen, maar ook geen lange saaie snelwegen.
Vooral de gebaren van handen en armen. Handen tekenen is een probleem voor iedereen. Dus leer de anatomie van hand en arm uit je hoofd. De extensor groep en het spaakbeen wijzen naar de duim. De pols is plat en de middenhand mag je niet vergeten te tekenen. Tel de vingerkootjes!
Ogen moet je simpel houden. Zodat ook het "kijken" van de persoon mee gaat werken. Verder zijn de verhoudingen belangrijk. Overdrijven van verhoudingen kan heel goed, maar het mag er niet "raar" uitzien.
Ook gezichten moeten in perspectief getekend worden. Veelal staan mond, ogen en wenkbrauwen schots en scheef. De gezichtsvorm mag niet invallen bij de wang.
Zorg overal voor "sterke vormen". Dus geen zwabber lijnen, maar ook geen lange saaie snelwegen.
Door de kennis van contour bepalende spieren en botten kun je je vormen interessant en sterk maken. De vormstukken die je omschrijft zijn dan korter en horen bij het spier gedeelte wat deze lijn omschrijft. Denk aan de deltaspier en de extensor groep. Sterke vormen wil niet zeggen dat je grove vormen maakt.
Tip: Zorg overal voor "sterke lijnen". Dus geen zwabber lijnen, maar ook geen lange saaie snelwegen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Geef zelf een tip of reageer: